Preventieprogramma RSI/KANS

Preventie van klachten aan arm, nek en schouder

Definities

Repetitive Strain Injury (RSI) staat, letterlijk vertaald, voor: ‘letsel door herhaalde inspanning’. Deze term klopt niet want er is vaak geen duidelijk letsel aantoonbaar. Vaker gaat het om een bepaald klachtenpatroon. Daarnaast kunnen klachten niet alleen ontstaan als gevolg van herhaalde inspanning maar ook door het te lang aanhouden van dezelfde verkeerde houding (statische belasting). Tenslotte is de term erg vaag, omdat niet gespecificeerd wordt of het gaat om arbeidsgerelateerde aandoeningen en niet duidelijk is in welke regio van het lichaam de klachten zich voordoen. Daarom wordt tegenwoordig ook wel de term KANS gehanteerd, wat ‘klachten aan arm, nek of schouders’ betekent, waarmee we alle klachten aan de bovenste extremiteiten bedoelen die geheel of gedeeltelijk door het werk worden veroorzaakt.

 

Ontstaan van klachten

“Waarom krijgt de ene beeldschermwerker wel klachten aan de bovenste extremiteiten terwijl zijn collega, die ongeveer evenveel uren werkt en grofweg dezelfde taakinhoud heeft, geen enkele hinder ondervindt van het langdurig werken achter een beeldscherm?”

De essentie van het antwoord op deze vraag is dat het ontstaan van klachten afhankelijk is van een samenspel van meerdere factoren.

Voor een gezonde verhouding tussen de eisen die de taak aan iemand stelt en zijn vermogen om aan die eisen te voldoen, moet het werk voldoende regelmogelijkheden hebben, zodat overbelasting zoveel mogelijk kan worden voorkomen. De regelmogelijkheden kunnen worden omschreven als de controle die de medewerker heeft over zijn werkzaamheden. Bij een chronische verstoring van het evenwicht tussen taakeisen en verwerkingsvermogen zal de conditie van de medewerker steeds slechter

worden. Wanneer onvoldoende herstel optreedt, komt de medewerker in een vicieuze cirkel terecht, waarbij steeds meer inspanning geleverd moet worden om nog aan de taakeisen te voldoen. Wanneer de medewerker er niet in slaagt deze vicieuze cirkel vroegtijdig te doorbreken kunnen belastingseffecten, bijvoorbeeld spierklachten, toenemen en op langere termijn overgaan in blijvende klachten zoals RSI.

 

 

Gedragverandering

Om effectief RSI te bestrijden moet naast het aanschaffen van hulpmiddelen en het aandacht besteden aan de werkorganisatie ook rekening worden gehouden met een  gedragsverandering, oa. door het geven van voorlichting. Hierin moet rekening gehouden worden met:

 

Aandacht

Allereerst dient de trainer de aandacht van de werknemers te trekken. Dat betekent dat hij moet weten hoe deze personen het best aangesproken kunnen worden, via welke weg en methode. Men moet zich bewust zijn van het probleem van werkgerelateerde klachten en de problemen op het gebied van langdurig beeldschermwerk. Hier speelt het probleem van selectieve aandacht een rol; mensen staan vaak niet open voor dingen waarin ze niet geïnteresseerd zijn.

Begrip

Vervolgens is het van groot belang dat de voorlichting die gegeven wordt ook begrijpelijk is. De informatie moet aansluiten bij het kennisniveau. Enkele mogelijkheden om de begrijpelijkheid te verbeteren zijn onder andere:

• eenvoudig aanbieden,

• specifieke instructies,

• herhalen van de belangrijkste zaken,

• schriftelijk materiaal als aanvulling op mondelinge instructies

• voorbeelden uit de eigen praktijk van de deelnemer

Houding/Attitude

Als de informatie begrepen is, verandert daarmee nog niet meteen het gedrag. Daarom is het van grootbelang dat de trainer probeert aan te geven waarom het zo belangrijk is overbelasting te vermijden. De trainer moet er voor zorgen dat de voordelen van overbelasting vermijdend gedrag belangrijker vinden dan de nadelen.

Motivatie om te veranderen

Of er ook een verandering in de motivatie om te veranderen optreedt, is afhankelijk van de sociale omgeving, dus van de afdeling met de collega’s en leiding waarop men werkt. Op de afdeling moet een sfeer heersen waarin overbelasting vermijdend gedrag aangemoedigd en beloond wordt. Om dat te bereiken kan de trainer het onderwerp bespreekbaar maken tijdens de workshop. Ook het afdelingshoofd speelt in dit opzicht een belangrijke rol.

Daarnaast is het van groot belang dat de medewerkers een goede inschatting van hun vermogen tot veranderen hebben. Ze moeten zichzelf in staat achten overbelasting tijdens het werk te vermijden. Om dat te bereiken kan de trainer zorgen dat:

• Medewerkers voldoende kennis hebben om overbelasting te vermijden.

• Medewerkers de vaardigheden bezitten om overbelasting te vermijden (de werkplek zelf kunnen instellen, etc.)

• Medewerkers weten bij wie ze moeten zijn als er problemen zijn op het gebied van RSI (organisatie van het project).

Gedrag

Het gedrag verandert pas als het ook daadwerkelijk mogelijk is om het te veranderen. Er moeten mogelijkheden aanwezig zijn om overbelasting te vermijden. Wanneer de trainer hamert op het gebruik van hulpmiddelen en er zijn geen hulpmiddelen op de afdeling aanwezig, dan zal die voorlichting niet tot gedragsverandering leiden.

Gedragsbehoud/borging

Als het gewenste gedrag is bereikt, dat wil zeggen als alle medewerkers er alles aan doen om overbelasting te vermijden, wil dat niet zeggen dat dit zo blijft. Mensen vallen nogal eens terug in hun oude gewoontes. Om het nieuwe gedrag vast te houden, moet er regelmatig feedback plaatsvinden en dient het nieuwe gedrag tot routine gemaakt te worden. Er moet door de RSI-coach daadwerkelijk gecoached worden.

Barrières en belemmeringen

Tenslotte zal hier nog kort worden ingegaan op barrières en belemmeringen. Wanneer de medewerker gemotiveerd is om te veranderen en de keus heeft gemaakt om een bepaalde gedraging uit te voeren, kunnen barrières en belemmeringen ervoor zorgen dat deze motivatie niet wordt omgezet in nieuw gedrag. Een voorbeeld van een barrière is het ontbreken van goed meubilair of belangrijke hulpmiddelen zoals de documenthouder bij overtypen vanaf papier. Een voorbeeld van een organisatorische barrière zou kunnen zijn dat men te maken heeft met deadlines. De medewerker kan in dat geval wel gemotiveerd zijn om regelmatig pauzes te nemen, maar deze kan door de hoge tijdsdruk niet omgezet worden in gedrag.

Deze barrières/belemmeringen die op de betreffende afdeling een rol spelen, moeten tijdens de training aan de orde worden gesteld. De medewerkers moeten uiteindelijk met de RSI-coach en de afdelingsleiding een strategie uitwerken voor het wegnemen van de barrières en prioriteit aan de te nemen maatregelen geven.